Wie door het stadscentrum van Dordrecht banjert zou het kleine, witte pandje op de hoek van de Ruitenstraat nog best eens over het hoofd kunnen zien. Wie een kijkje binnenin neemt, zal de woning echter niet snel vergeten. Het bescheiden, witte hoekhuisje van de Dordtse Kimberley van Aalst (29) is een verborgen pareltje in de binnenstad.

Auteur: Emma Thies
Fotografie: Dion Doornik

“Er hangt leven in het huis: dat voel je aan alles”

Vijf jaar geleden nam Van Aalst intrek in het pandje aan de Ruitenstraat. Toen ze er voor het eerst binnenstapte raakte ze op slag verliefd op de woning. ‘Een vriendin zei al dat de woning misschien wel iets voor mij zou zijn. En toen ik voor het eerst binnenkeek dacht ik meteen: dit wil ik. De persoon die me rondleidde vroeg nog: ‘wil je niet even nadenken?’. Niet nodig, ik wist het zeker’, zegt Kimberley lachend. ‘In Vinex-wijken is alles hetzelfde, in de stad is dat een heel ander verhaal. Ik kende geen ander huisje dat zó uniek was in z’n soort.’

Het kleine witte huisje op de hoek van de Ruitenstraat stamt vermoedelijk uit halverwege 1900. ‘Het pand is waarschijnlijk rond 1950 gebouwd. Er hangt leven in het huis, dat voel je aan alles. Je merkt dat er oudheid aanwezig is’, zegt van Aalst. ‘Ik heb weleens vernomen dat het waarschijnlijk een oud pakhuisje is geweest, maar anderzijds is het pand daar misschien weer te jong voor. Dat het een beetje een mysterie is, vind ik eigenlijk juist wel leuk.’

Scandinavisch meets boho

De 29-jarige, getogen Zwijndrechtse, is veel bezig met de stijl en het interieur van haar kleine hoekhuisje. ‘Ik omschrijf mijn stijl als Scandinavisch meets boho. Ik ben veel bezig met accessoires en houd daarin ook wel van vintage, tweedehands dingetjes’, vertelt Van Aalst. ‘Kleine details met een betekenis vind ik het mooist. Afgelopen september ben ik naar Marrakech geweest, waar ik mooie, lokale bordjes heb gekocht. Die hang ik thuis dan weer op aan de muur.’

Erg groot is het hoekhuisje aan de Ruitenstraat niet: Van Aalst moet het doen met zestig vierkante meter. ‘Het huisje bestaat uit drie verdiepingen, dus is vooral erg hoog. Mijn lievelingsplekje is mijn slaapkamer, vrienden noemen die ook wel ‘de boomhut’: het is een kleine ruimte in de nok van het huis’, zegt de Dordtse. ‘Vanwege de ruimte valt qua meubels niet heel veel te schuiven. Daarom is het nog belangrijk om creatief te zijn met accessoires, die verwissel ik lekker vaak.’

@kleinwithuisjeindestad
Ook lichte kleuren doen veel wonderen, weet ze. In haar geval wit: heel veel wit. Mede op haar Instagrampagina, @kleinwithuisjeindestad, is te zien hoe niet alleen het exterieur, maar ook het interieur van de kleine woning compleet witgeverfd zijn. ‘Zelfs de vloer en de trap heb ik wit geverfd, omdat het dan gewoon een stuk groter en ruimtelijker lijkt’, vertelt Van Aalst. ‘Ik ben vorig jaar begonnen met een Instagrampagina, vandaar ook de naam van dat account. Ik plaats vaak foto’s van kleine stukjes interieur. Ik steek veel tijd en aandacht in mijn huisje, dus vind het mooi om dat te kunnen laten zien.’ Zitten er eigenlijk ook nadelen aan het kleine hoekpand? ‘Het is een oud huis, dat wel. Pas sinds vorig jaar heb ik dubbele kozijnen, daarvoor was het vaak best koud. Ook heb ik geen tuin of balkon’, vertelt ze. ‘En daarnaast hoor je de buren ook nog wel eens goed. Maar dan denk ik altijd maar: als je niet van geluid houdt moet je niet in de binnenstad gaan wonen, toch?’

Dorp in een grote stad
Want uit die binnenstad is Van Aalst inmiddels niet zo snel meer weg te denken. ‘Ja, d’r moet wel een hele leuke man langskomen om mij die binnenstad uit te krijgen’, lacht ze. ‘Het centrum van Dordt voelt als een soort dorpje in een grote stad: ik vind het fantastisch om hier te wonen.’’ Hoe ziet de toekomst in het kleine, witte huisje eruit? ‘Ik hoop er zeker nog wel flink wat jaren met plezier te wonen. Samen met iemand, of eventueel met een klein kindje zou nog wel kunnen. Maar op een gegeven moment wordt het dan natuurlijk wel te klein’, vertelt de 29-jarige. ‘Nu woon ik samen met mijn kleine hondje, een Franse Bulldog. Ik ben gek op dieren, ik zou er het liefst nog heel veel bijhebben. Dus wie weet, misschien beland ik in de toekomst wel op een boerderij!’